Bijna de helft van de gemanipuleerde proefpersonen ging ook echt in de valse antwoorden geloven. Zij hielden zelfs vol dat dit het juiste antwoord was, nadat ze te horen kregen dat ze voor de gek waren gehouden. De foute herinnering had zich dus echt vastgezet in hun hoofd.
Hoe dit gebeurde, konden de neurobiologen goed zien op hersenscans die waren gemaakt tijdens de manipulatiefase. In de hersenen van de mensen bij wie de valse herinneringen zich echt vastzetten, waren twee hersengebieden een stuk actiever dan bij de rest van de proefpersonen. Namelijk de hippocampus en de amygdala oftewel amandelkernen; allebei hersengebieden die betrokken zijn bij geheugenvorming. De onderzoekers zagen dus eigenlijk live hoe de valse herinneringen gevormd werden.
Het lijkt erop dat in dit hele proces voor de amygdala een speciale rol is weggelegd. De wetenschappers hebben het experiment namelijk herhaald, terwijl ze de proefpersonen dit keer in de manipulatiefase vertelden dat de antwoorden die zij voorgeschoteld kregen gegenereerd waren door een computer. De deelnemers wisten nu dus dat deze antwoorden waarschijnlijk verkeerd waren. Toch liet een klein percentage zich alsnog in de verwarring brengen, en vormde toch valse herinneringen. Maar: anders dan bij de mensen die onder sociale druk hun herinneringen aanpasten, werden bij deze proefpersonen de amygdala niet actief. Dat kan betekenen dat de amygdala er specifiek voor zorgen dat valse herinneringen gevormd worden op basis van wat andere mensen zeggen. Die sociale kant van deze hersengebiedjes was tot nu toe niet bekend.
Bron: Micah Edelson e.a., Following the crowd: brain substrated of long-term memory conformity, in: Science, 30 juni 2011.
Valse herinneringen onderschept

Neurobiologen hebben uitgeplozen hoe mensen valse herinneringen vormen op basis van wat zij andere mensen horen zeggen. Er blijkt een belangrijke rol te zijn weggelegd voor een hersengebiedje genaamd de amygdala.
Stel je voor: je zit met wat collega’s te kletsen op een bankje. Er loopt iemand voorbij met een blauwe jas aan. Even later vraagt iemand aan jullie: ‘Hebben jullie gezien wat voor kleur jas die persoon net aan had?’ Je collega’s antwoorden allemaal, overtuigd: groen. Wat doe jij?
Het is een bekend verschijnsel uit de psychologie dat veel mensen in zo’n geval ook ‘groen’ zullen zeggen. Zelfs al is dit het foute antwoord. Sterker nog: sommige mensen zullen achteraf toegeven dat ze dachten dat de jas blauw was en dat ze alleen groen antwoordden omdat de rest dit ook zei. Maar andere mensen zullen ook echt gaan geloven dat de jas groen was. Er heeft zich dan een permanente valse herinnering in hun geheugen genesteld.
Neurobiologen uit Israel en Groot Brittannië hebben nu, voor het eerst, uitgeplozen hoe dit onder sociale druk vormen van valse herinneringen in je hersenen werkt. Zij publiceren hierover in het blad Science.
Micah Edelson en zijn collega’s rekruteerden dertig jongvolwassen proefpersonen en lieten hen in kleine groepjes naar een film kijken. Achteraf stelden zij de deelnemers enkele vragen over gebeurtenissen uit de film. Vier dagen later legden de onderzoekers de proefpersonen dezelfde vragen voor; alleen nu probeerden ze hun herinneringen te manipuleren. De helft van de deelnemers kreeg, voor zij hun eigen antwoord moesten geven, de (zogenaamde) antwoorden van de andere mensen die aanwezig waren bij de filmvertoning te zien. Het merendeel van deze nepantwoorden was fout.
In maar liefst 68 procent van de gevallen pasten de proefpersonen hun antwoorden aan, nadat ze hadden gezien dat hun medetoeschouwers andere antwoorden gaven dan zij zelf in hun hoofd hadden. Dit kwam hoogstwaarschijnlijk niet doordat ze het juiste antwoord vergeten waren, of doordat de vragen te moeilijk waren. In de controlegroep gaf namelijk maar een klein percentage van de deelnemers na drie dagen foute antwoorden.
